Bellefleur is in het water gebleven. Af en toe hebben we haar geïnspecteerd en zo nodig overtollig water uit de mast afgevoerd. Hans heeft de vlonders wat bijgewerkt zodat we ons onderdeks wat geruislozer kunnen bewegen.
18-21 april Start van het vaarseizoen
Op Goede Vrijdag arriveren we pas vrij laat in de middag aan boord. Bellefleur ziet er verrassend schoon uit en de nieuwe buiskap laten haar er parmantig uitzien. We installeren ons rustig aan boord. Het enige ongemak dat we aantreffen is dat de toiletpomp het niet doet. We gaan ’s nachts een keer ouderwets op de puts.
Op witte zaterdag wandelen we eerst naar Silerswaar. Geweldig ze hebben de onderdelen die we nodig denken te hebben. Bij Bakker Kluft halen we nog iets lekkers voor de zondag. Hans repareert vlot de pomp, een van de onderdelen vervangen bleek voldoende. Daarna aan de slag met het grootzeil. Tegen theetijd is het zeil keurig opgeborgen in de nieuwe zeilhuik, een versie met een asymmetrische uitvoering zodat het niet zal inregenen. We vinden het te laat om nog uit te varen.
Na een paasontbijt hijsen we de grote Genua en na koffie met traktatie varen we uit. De wind is niet de voorspelde NO-O maar noordelijk en zelfs NW. Zeilend het Makkummerdiep uit lukt niet. Bij de MA3 gaan we met ruime en deels voor de wind richting Hindeloopen. Er zit aardig vaart in de boot: de aangroei is niet zo dat we Bellefleur daarvoor uit het water moeten laten hijsen. Onderweg horen we de voorspellingen voor de volgende dag: nat en weinig wind. Bij Hindeloopen besluiten we kruisend terug te keren naar Makkum. Vlakbij Seabell strijken we het grootzeil. Een mooie tocht van bijna 19 mijl. Alles functioneert behalve de windmeter (maar dat was al sinds begin vaarseizoen 2024 het geval). We spotten op grote afstand tweemaal een zeearend. Die hebben het kennelijk goed in de omringende natuurgebieden. Na het eten maken we een wandeling in de Zuidwaard. Daar staat een ree ons langdurig aan te kijken. Hij/zij rent pas weg als er een hondenuitlater aankomt.
Op tweede paasdag vertrekken we na het ontbijt naar huis.
Vakantie aan boord 17 mei tot ongeveer 18 juni
op zaterdag 17 mei verlaten we op ons gemak het huis. Tegen enen arriveren we in Makkum. Lunchen voor we aan de slag gaan met uitpakken. Het paste allemaal in de ID3. Soepel verdwijnt het aan boord in de kasten. We laden de auto in de avond op, zodat we voldoende lading hebben voor de terugreis over vier weken. We slagen er niet in orchideeën te spotten in het natuurterrein ten westen van onze haven. Te vroeg of te veel stikstof door alle hondendrollen?
Zondag constateren we eerst dat diepte en snelheidsmeter geen display laten zien. Hans sleutelt aan de verbindingen en boekt succes. We maken een zeiltochtje alweer richting Hindeloopen en weer met noordelijke wind. Meerdere zeiljachten varen richting IJsselmeer maar geen schipper die kiest voor windaandrijving, terwijl de wind ons sneller doet gaan dan sommigen op de motor. Tijdens de tocht vallen de twee schermen weer uit. We maken daarom geen lunch stopover in Hindeloopen maar keren boterhammen etend terug, en ineens wel weer display! Dat wordt lastig defect zoeken. Maar het lukt Hans wel: hij vindt een instabiel contact. Hans bereidt verder de actie van morgen voor: Bellefleur onder de kraan om een nieuwe kabel voor de windmeter door de mast te krijgen. Aan het eind van de avond lijkt het erop dat die poging niet zinvol lijkt omdat de test met de nieuwe kabel negatief uitpakt.
Hans vertelt tot mijn verbazing dat hij goed heeft geslapen. Hij test na het ontbijt zijn nachtelijk idee: nu alles goed is aangesloten de apparatuur weer aanzetten en kijken of het dan wel in orde is. En dat blijkt het geval! Op de afgesproken tijd onder de kraan. Jurjen (zelfstandig ondernemer maar bij Manon en Wietske Huisken actief als zij hem oproepen). De oude kabel van de windmeter kan eruit worden getrokken en die blijkt kapot te zijn. Na een stop gaat Jurjen weer naar boven met de nieuwe kabel en na een aantal mislukte pogingen lukt het de kabel helemaal beneden te krijgen! Letterlijk met veel beleid, inzicht en geduld. Jurjen monteert een nieuwe windex en zet op de uiteinden van de zalingen aan stuurboord nieuwe tape. Daarna kan Hans aan de slag om het bij de mastvoet af te monteren. Om half vier: het werkt! Op vakantie met op de display windrichting en windsterkte en de mogelijkheid de stuurautomaat op de wind te laten sturen.



Na deze geslaagde actie was het te laat nog naar Texel te vertrekken. We ruimen rustig op en maken een avondwandeling in de Zuidwaard. Jammer dat je niet rond kan lopen. Geen bijzondere waarnemingen.
Bij de voorbereidingen voor de nacht stapt Hans in onbalans van het schip op de steiger. Hij weet op een bijzondere manier toch rechtstandig het water in te springen, maar schampt met zijn rechterarm ergens langs. Hij klimt zonder toilettas bij een trapje uit het water, haalt een zaklantaarn om te kijken of zijn toilettas nog ergens drijft. Ik kom hem tegen als hij naar het toiletgebouw loopt. We bekijken daar in het licht de verwonding, een ontvelling van 5 bij 7 cm op de onderarm. Hij doucht en daarna verbind ik aan boord de arm. Hans weet toch goed te slapen.
De volgende morgen bekijken we de wond nog eens goed en komen tot de conclusie dat we advies willen hebben. THOEN, onze vervangende huisarts in Enschede, wil er wel een foto van en zal dan tussen 15 en 17 uur telefonisch advies geven. We sturen de foto maar komen dan tot de conclusie dat we beter kunnen proberen een consult in Makkum te regelen. Dat lukt en de behandeling is prima. Op de compleet ontvelde plek wordt een stukje kunsthuid gelegd. Daarna dekt de huisarts het af met een gaasje. Het geheel moet kunnen blijven ademen. Ook geeft ze Hans een tetanus-injectie. Weer aan boord zetten we nog een extra stukjes leukoplast bij om het gaasje beter vast te zetten. De crew van de haven leeft mee. Gelukkig heeft Hans geen pijn en hij kiest ervoor toch meteen te gaan vertrekken naar de sluis. Na de sluis en brug leggen we aan om de jij te zetten. Het aantal slagen dat we moeten maken blijft beperkt. Mooie en vlotte reis naar Oudeschild, we meren net voor 20 uur af. Ook deze nacht slaapt Hans weer goed.
Woensdag zeilen we van Texel naar IJmuiden. Vertrek om ruim twee uur uit de vrijwel lege jachthaven. Aan de wind zeilen we langs de kust van Texel, met dezelfde koers schuin het Marsdiep over zo het Schulpengat in. Dan met ruime wind langs de Noord-Hollandse kust. Mooi vaartje. Om 20.45 uur liggen we afgemeerd met de kop naar het Noorden. Die boxen blijken niet bedoeld voor passanten. Melden ons aan met een code van de M-steiger en gaan lekker slapen.
Wallebak ligt er ook nog steeds en we zien weer dat ze er goed bij ligt. De supermarkt op de boulevard is als vanouds slecht voorzien maar er kan wat brood worden gehaald. Om 14 uur gooien we de trossen weer los, hijsen buiten de haven, zetten 1 rif, varen met motor bij tegen de wind tot voorbij de zuidelijke pier en rollen dan de jib uit. Vrij rustige tocht naar Scheveningen. Aankomst daar 18 uur. Doen nog boodschappen om de volgende morgen op tijd te kunnen vertrekken. Het gaat nog steeds goed met de arm.


Op vrijdag van Scheveningen naar Rotterdam Marina. De windvoorspelling is NW4-5, mogelijk in het begin af en toe 6. Met toestemming verlaten we de jachthaven, hijsen in de zwaaikom het grootzeil met twee riffen, gebruiken weer de motor om het zuiderhavenhoofd te passeren. Dan rollen we de jib uit. Al snel wakkert de wind aan, soms tot 30 knopen apparent. Pittig want er zijn ook flinke golven. Op een rustig moment horen we ineens een geratel. Geen van beiden weten we het geluid te plaatsen. Daarna geen bijzondere waarneming. Op de marifoon komt de melding : ook windkracht 6 in district Hoek van Holland. Toch wordt het wat rustiger, soms nog wat vlagen. In overleg met Verkeerscentrale Maasmond blijven we aan de noordzijde van de geul van de Nieuwe Waterweg.

Een tweetal politieagenten in een speedboot komen twee keer langs, naar ons idee om even een babbeltje te maken. We strijken het grootzeil voor we oversteken. Daarbij begeeft de Lazy Jack bakboordzijde het. Zeilen de rest op de jib. Bij de stormvloedkering maken we foto’s. Wat een constructie!



De verkeerscentrales langs de waterweg coachen ons voortdurend per marifoon, veel schepen mee en tegen varend. Een boeiende ervaring.


Als we ons melden voor de Erasmusbrug opening van 15 uur, meldt de brugwachter dat we tot half vier geduld moeten hebben.

Als we voor de brug wat heen en weren roept een man van de kade dat er iets mis is. We verstaan hem eerst niet, later begrijpen we dat onze ankerlijn in het water is. Dan ontdekken we dat het anker weg is, een deel van de ankerketting dito. En dan weten we dat het ratelende geluid natuurlijk de ankerketting was. Hoe gek dat we dat op dat moment niet bedachten! Dan gaat de imposante Erasmusbrug voor ons open. Voor ons stopt al het verkeer dat er over komt: trams, auto’s, fietsers en voetgangers. We hebben niet getimed maar voor de brug in beweging komt duurt het al enkele minuten, dan het opklappen, enige tijd in de hoogste stand en vervolgens weer langzaam naar beneden en weer ontgrendelen.

Rustig verder naar de brug over de ingang naar de Marina Rotterdam. Die gaat pas open als de Erasmusbrug geheel klaar is. De havenmeester wijst een box en vangt ons op. Handig nu we ons vertrouwd op- en afstap-ankertje voorop missen!
We melden Jeike dat we zijn afgemeerd, rond 16.45 uur. Zij heeft een vergadering van 75inQ in Rotterdam en komt een nachtje aan boord. Wij ruimen het schip op en douchen (Hans weet de arm droog te houden). We hebben een prettige avond aan boord. De schade aan de romp door de ketting en/of lijnen verhindert dat niet! Samen hijsen we Jeike op tot zij een hulplijntje voor het vervangen van de Lazy Jacks kan aanbrengen bij de middelste zaling.
Na een goede nacht en een ontbijt met ei stapt Jeike op de vouwfiets. Er is geen treinverkeer dit weekend naar Rotterdam: ze fietst naar station Gouda, arriveert daar mooi voor het regent.


Wij gaan ’s middags naar Kok watersport in Schiedam. Ze hebben niet de juiste lijn voor de Lazy Jacks. Maar we scoren er lieren vet, een boegbescherming (Hans maakt in de avond een passende ophangconstructie) en een zeiljack voor mij. Doen bij de Jumbo vlakbij de haven wat boodschappen voor we weer aan boord stappen. In de loop van de middag wordt het droog. De natuur snakte naar het hemelwater!
Zondag 25 mei arriveren Pieter en Sybren rond twee uur. Na een kop thee lopen we naar het nieuwe museum Fenix. We krijgen geen toegang: alle kaarten zijn uitgegeven. Het alternatief wordt een bezoek aan Belvedere, Huis van Verhalen. In het pand is beneden een ontmoetingsruimte waar de buurt gebruik van kan maken. Er is een volkskeuken zodat er ook samen gegeten kan worden. Op de eerste verdieping een expositieruimte met werken van de vroegere bewoner schilder en graficus Wally Elenbaas. De derde verdieping is nog zoals ze er woonden en op de vierde etage atelier en bergruimte. Een bijzonder pand in Katendrecht. We drinken er een kop thee. Steken dan de Rijnhaven over (prachtiger nieuwe stadsontwikkeling) naar Hotel New York, drinken daar koffie. Dan via de zuidkade van de rivier naar het monument voor de Joodse slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog, onder andere met namen van 680 kinderen. Aan boord trakteren Pieter en Sybren op artisjokken met een heerlijke dressing. Het hoofdgerecht is gebakken spitskool met pindasaus en aardappelpuree. Griekse yoghurt met aardbeien na. Tot slot een kop thee. Volop tijd om elkaar te spreken!
Maandag kan Hans aan het begin van de middag zijn arm laten controleren bij een huisarts, vlakbij de haven. Ze vindt de wond er goed uitzien. Ze doet weer vetgaas op de open plek, daarop gaasjes en daaromheen een windsel. Volgende week maandag weer laten inspecteren door een huisarts. Daarna steken we van wal en passeren al snel twee bruggen. Goede tocht met veel vrachtverkeer. Draaien bij Dordrecht eerst te zuidelijk een haveningang in. Ontdekken onze fout en meren af bij de Dordrechtse Roei & Zeilvereniging in de Nieuwe Haven. De havenmeester geeft een plaatsje vlakbij de Lange Ijzeren brug die de haven in tweeën verdeelt. In de avond maken we een stadswandeling.

Al snel na elf uur wandelen we dinsdagmorgen het Dordrechts Museum binnen. In de tuin ervoor prachtige platanen. De expositie “De wereld van Johan de Witt” is boeiend. Op 27 jarige leeftijd al raadpensionaris (functie vergelijkbaar met minister president). We zijn onder de indruk van het gebouw en de tentoonstelling over de Witt. Aansluitend met de bus naar Mart. Wat bewonderen we zijn instelling! We sluiten het bezoek af met dineren bij “Bij Babette”.
Bij het wegvaren uit de Nieuwe Haven merken we nog net op tijd dat we de elektriciteitskabel niet hebben weggenomen. Door het oponthoud missen we de brugopening en varen een half uur later de oude Maas op. Het betekent wel dat de gevraagde brugopeningen van de Merwedebrug en de Baanhoekspoorbrug een uur moeten worden verzet. Maar gelukkig blijkt dat geen probleem. We moeten wat heen en weren voor de eerste brug daarna vlot door de spoorbrug. Daarna moeten we vaart houden om de sluis bij Werkendam voor een langere sluitingstijd te halen, voortdrijving op combinatie van wind en motor, stroom tegen rond de twee knopen. Na de sluis gaan we op jib verder door het Steurgat en het Spijkerboor. Hans informeerde al dagen geleden of het vaarwater diep genoeg voor ons is. De geul was deze winter gebaggerd op 2,75 meter. We genieten van de vogelzang en zien in de verte zeearenden vliegen. Onderweg reserveren we een ligplaats in de jachthaven van Drimmelen.
Donderdag stappen we in een fluisterbootje van verhuurbedrijf Vortex. Meren even af naast Bellefleur om onze spullen voor die dag op te halen. Het weer is bewolkt, af en toe wat motregen, later wat zon erbij. We gebruiken een kaart waarop de verhuurder een route heeft ingetekend. Veel klein water. We komen nauwelijks anderen tegen. Denken onderweg veel aan Ies Zonneveld. De route leidt langs het onderduikersbruggetje! Geen bijzondere vogelwaarnemingen. Maar het concert is vooral in de smalle watertjes prachtig. Hier en daar zoete geuren van de veelbloemige roos en vlier. In de wilgen veel bladverlies door rupsenvraat. We laten de beelden voor zich spreken.






Na het legen van de vuilwatertank verlaten we vrijdag de Biesbosch jachthaven. We varen terug naar Dordrecht via dezelfde route als woensdag. In het Steurgat raken we ineens vast. Met motor vol en hangen aan de zijstag komen we na 5? (het lijkt een eeuwigheid) minuten toch weer los! Vlot geschut en geen problemen met de bruggen. We willen weer in de Nieuwe Haven gaan liggen maar die blijkt vol te zijn. Omdat we pas om 17 uur door de spoorhefbrug kunnen naar de Jachthaven Dordste Kil/Willemsdorp blijven we aan het steigertje voor de ingang van de Nieuwe Haven liggen. Ineens krijgen we een telefoontje van de havenmeester dat we toch naar binnen mogen en aan de meldsteiger mogen afmeren. We accepteren het aanbod en melden ons af bij brug en de andere jachthaven. Een rustige avond.
De imposante spoorhefbrug met vlak daarachter de klapbrug in een drukke weg gaan voor ons open om elf uur op zaterdag 31 mei.


Hans heeft een route in het vaarplan naar Hellevoetsluis via Oude Maas en het Spui. Er is weinig wind en we doen alles op de motor. Op de Oude Maas stroom mee, in het Spui flink tegen. Bij Puttershoek belt Hans met Mart. Daar aanleggen voor een kopje koffie is niet mogelijk. Het oude havenkommetje wordt gerestaureerd, er staat een damwand voor. In het Spui zien we ineens een haventje met grote masten. Het blijkt de jachthaven van WSV de Blinckvliet te zijn (ten zuiden van Zuidland). De havenmeester meldt dat hij wel een plaatsje voor ons heeft. Het ligt er heerlijk rustig. Na thee maken we een fietstocht van 17 km op de leenfietsen van de haven. Zeer afwisselende route: binnenwatertjes, meertjes, het plaatsje Zuidland, polderwegen met grote percelen en slikgebieden langs het Haringvliet.
Onze buren op een vrij grote motorboot vertellen dat ze ook zeilers zijn maar op de motorboot gastheer en -vrouw voor GGZ geïndiceerden zijn. Zij gaan na ons vertrek de boot in onze box leggen en fietsen dan 80 km weer naar huis. We gaan op de motor naar het Haringvliet. Daar hijsen we en varen eerst naar Stad aan het Haringvliet voor we aan de wind naar Hellevoetsluis varen. Een kort dagje op het water, al rond 13 uur afgemeerd. In de middag waait het ZW6. Vanaf de verdedigingswerken zien we een enkel zeiltje op het water.
Maandagmorgen stappen we om kwart voor acht op de vouwfietsen voor het consult met een huisarts in een oostelijke buitenwijk van Hellevoetsluis (het kostte vrijdag enkele uren voor Hans een afspraak wist te maken). Dokter van den Berg constateert dat het genezingsproces goed doorzet. Hij maakt hier en daar wat schoon met een nat steriel gaasje, dekt de wond af met een vetgaasje, dubbel gevouwen zestientje erop, dan een elastische zwachtel eromheen. Vertrouwen we het niet dan over een week weer laten zien aan een arts. Bij geen bijzonderheden mogen we de wond zelf verder verzorgen. Mogelijk mag de wond over een week gewoon aan de lucht verder genezen. Goed bericht dus. Weer aan boord gaan de trossen snel los, hoe eerder we de zee op gaan bij Stellendam hoe meer we de stroom nog mee hebben. Op het Haringvliet kunnen we Stellendam bijna bezeilen. Voor de sluis moeten we wachten en eenmaal in de sluis duurt het nog weer lang voor de grote brug bediend wordt. Het eerste deel van het Slijkgat is pal op de wind, dan een deel bezeild, dan kruisen we een stukje op, bijna tot aan de boei vanwaar we richting Maasvlakte kunnen gaan varen. We hebben net te laat in de gaten dat we dat punt bijna hadden bereikt. Hier en daar minder dan 4 meter water in de geul gezien, maar gelukkig minder spannend dan we bij de vorige keer meemaakten.
De oversteek van de Maasmond verloopt vrij soepel. Een vrachtboot passeert voor ons langs eerst zeewaarts en vervolgens omgedraaid landwaarts. Wat die op zee moest doen, geen idee. Bij het terugkomen passeren we er dicht achterlangs.

In de marina Scheveningen meren we af aan de steiger. Nog vrij weinig schepen. Hans regelt een dubbele betaling van de eerdere nacht in de haven met de havenmeester. Hij ontdekt in de wachttijd dat de Gipsy Moth IV van Chicester in de haven ligt. Hij spreekt een zeiler die op het jacht is; die vindt het prachtig het schip te laten bewonderen. Het jacht is het eerste dat specifiek voor de wereld rondzeilen werd ontworpen en gemaakt!



Stroom mee naar IJmuiden is vanaf 8 uur en de wind is tot 13 uur ZW4-5, daarna 6. We besluiten de tocht te maken, haven uit om 8.30 uur en weer binnen rond 13 uur. Vaarplan helemaal zo kunnen uitvoeren met alleen het kleine voorzeil. Bellefleur lag goed, zee rustiger dan we verwachten. In de lucht heel veel vliegtuigstrepen:

We maken een wandeling door de duinen, treffen een vochtig stukje met veel ratelaars en zo waar zien we voor het eerst dit jaar orchideen, waarschijnlijk de gevlekte orchis! Langs het strand terug, de kitesurfers benutten de windkracht 6.


De windvoorspelling is ZW4-5, een goede wind om van IJmuiden naar Texel te zeilen op woensdag 4 juni. We hebben flink stroom mee in de periode dat we varen (van 8.30 tot 13.30 uur). Soms snelheden boven de 10 knopen. Op de steiger helpt een ervaren zeerot met aanleggen. Op onze beurt helpen wij weer drie andere schepen met aanleggen; het is altijd lastig als de wind niet echt recht op de kop staat. In de middag maken we nog een wandelingetje naar de CIV winkel. Geen ankers en geen lijn voor de lazy jacks, maar goed voor de beweging.
Donderdag varen we niet uit. Op de display in de haven staat ZW6 en een deel van de dag regent het. Hans dient bij de bootverzekering de schadeclaim in voor het verlies van het ankertje, een deel van de ketting en de krassen op de romp. Aan het eind van de morgen wandelen we vrijwel droog naar het vogelgebied Ottersaat (veel kokmeeuwen nog broedend of al met vrij grote jongen, verder onder andere kluten, bergeenden, tureluurs) en de vogelkijkhut Dijkmanshuizen (in de verte een paartje bruine kiekendieven, veel huiszwaluwen, enkele boerenzwaluwen). Het is goed toeven aan boord. In de middag wandelen we een rondje, weer langs Ottersaat en dan naar Oudeschild. We halen bij de viswinkel gerookte heilbot en smullen ervan aan boord.
Ook op vrijdag varen we niet uit. Af en toe staat op de display ZW7, het kustweerbericht meldt ZW6 in alle districten. We regelden een bus van Texelhopper van de havenhalte naar Turfveld, ergens in de duinen ter westen van Den Burg. We nemen de vouwfietsen mee. De fietsenverhuurder doet gratis extra lucht in onze banden: zijn visie dan komen jullie later wel terug voor het huren van fietsen. Mooie instelling. De fietsen passen prima in de bagage ruimte van het kleine busje. De chauffeur dropt alle andere passagiers bij de boot naar Den Helder en rijdt ons naar onze bestemming. De OV-kaart wordt niet gescand: het systeem is defect. Mooie rit over het eiland voor letterlijk een fooitje. Vanaf de halte per fiets naar de Bleekersvallei. Daar wandelen we door de binnenduinen met heide en duinrozen, door bos, weer binnenduinen, tegen de wind in over het strand en terug naar de fietsen.

We lunchen op een winderig bankje en fietsen naar Ecomare voor een bezoek aan het terrein Het Alloo. We lopen er een rondje maar treffen geen orchideeën. Tot Hans na een sanitaire stop in Ecomare in een weilandje naast het gebouw er vele ziet.

In het eerste deel van de fietstocht zien we ze volop. De kleine stukken die we met tegenwind hebben zijn best pittig, met name het laatste stuk naar Oudeschild. Daar treffen we harde wind pal tegen met regen. Morgen kan er waarschijnlijk gezeild worden naar Vlieland, we doen boodschappen voor drie dagen. Tevreden stappen we weer aan boord.
Op zaterdag is de wind geschikt om buitenom naar Vlieland te zeilen. Met de laatste uitstroom mee naar het Marsdiep, opkruisend tegen de ZW-wind. Daar komen we een onderzeeër tegen, geen signaal op AIS, wel een deel bovenwater (anders niet te spotten).


Dan gelukkig bezeild door het Molenrak, op de ondiepste plek krap 4 meter water. Met ruime wind langs Texel en Vlieland. Bij het ondiepe gedeelte tussen de twee eilanden vliegt een Jan van Gent over. Later zien we nog een groep met negen exemplaren zwemmen, 3 (bijna)volwassen, drie tweejarigen en drie eenjarigen. Wat zijn het prachtige vogels. Met flinke stroom mee door de Vliestroom, meest pal voor de wind. Als de oostpunt achter ons ligt moeten we snel strijken, de stroom voert ons snel naar de haveninvaart. De haven ligt lang niet vol, meren af met de kop in de wind. Prima tocht van 10.30 tot 17 uur.
Op Pinksterzondag vallen er buien en de voorspellingen van de apps komen. niet altijd uit. We komen nat na de ochtend wandeling weer aan boord. Maar de route door het bos, de heide, de natte graslanden (geen orchideeën) en het strand is heerlijk afwisselend.

Cranberry in bloei

Grote beer, vooral gezien bij duindoornstruiken
In de middag lopen we een andere, langere route. Wel dezelfde biotopen. Op de Richel liggen honderden zeehonden. Op het strand fraaie zandkokertjes van wormen:

Daarna gaat Hans wat klussen: voorbereiding waterleiding filter en oliepeil controle.
Op pinkstermaandag is het prima weer zowel om te zeilen als voor een mooie dag op het eiland. De keuze is voor het laatste. Na de koffie gaan we op de vouwfietsen naar het Posthuys. Dan wandelen we langs noord- en oostzijde van de Horspolders en over het strand terug naar de fietsen. De cheesecake met cranberry smaakt heerlijk! Op diverse plaatsen treffen we de ons bekende orchideeën.
Op het wad scharrelen geen groepen lepelaars, wel enkele eenlingen en soms een paartje. In het dorp kopen we asperges. Een heerlijke maaltijd aan boord. We zetten de jib en zijn van plan morgenochtend om 7 uur uit te varen.
Maar dat gaat op dinsdag 10 juni niet gebeuren: de wind is 5-6 en ook nog ZZW. Als het nieuwe weerbericht binnen komt tijdens het ontbijt zien we de situatie onder ogen en besluiten niet te gaan. Er zijn gelukkig opties om woensdag toch tijdig in Veendam te arriveren. We zijn meest rustig aan boord. Maken in de middag een wandeling vanuit de haven.
Er staat woensdagmorgen toch wat wind en dan is het prettig de genua als voorzeil te hebben. We halen de jib eraf, genua erop en dan varen we net achter de veerboot de haven uit tegen klokke zeven. Noordwaarts tegen stroom en wind stuwt de motor ons. Dan het oostwaartse rak lekker op zeil, maar zodra we de wind meer achterlijk inkrijgen valt de snelheid te veel terug om redelijk op tijd in Makkum te kunnen arriveren. We wisselen wat met motorvermogen maar moeten meest bijdraaien voor een snelheid van tenminste 5 knopen door het water. Bij de Boontjes is de wind niet meer productief en strijkt Hans de zeilen. Opeens duikt de snelheid omlaag. We troffen waarschijnlijk een hoop wier. Met wat heen en weren raken we de troep weer kwijt en maken we weer normale snelheid. Bij de sluis ruim een kwartier wachten. Dan vlot doorstomen naar Makkum. Genua strijken en wegwezen per auto naar Harlingen. Hans zet me af bij het station. Voor mij een tijdelijk verlaten van Bellefleur om Hillanje bij te staan.